closed kleinRonald heeft een week op de crisisafdeling van een verslavingskliniek in de regio Rotterdam doorgebracht. Dat was hard nodig want zijn voortdurende alcoholgebruik heeft zijn lever op een haar na onherstelbaar beschadigd. Veel te vroeg was hij weer naar huis gestuurd. Twee dagen later ben ik met hem meegegaan bij zijn bezoek aan de verslavingsarts van de kliniek. Een verslag van hoe een alcoholverslaving iemand volkomen ontoerekeningsvatbaar maakt en een compleet falende verslavingszorg.

Insult

Op zondag kreeg Ronald een lichte insult (epileptische aanval), wat het gevolg kan zijn van plotselinge onthouding bij alcoholisten. De familie had nu juist aangedrongen op een klinische behandeling van Ronald om dit te voorkomen. Eerder was hij na een insult in het ziekenhuis beland waar hij er drie maanden van moest herstellen. Een dure fout van een psycholoog van een ziekenhuis die Ronald zonder medicatie huiswaarts had gestuurd. Zeer onplezierig voor Ronald en zijn familie, uitermate ongewenst en kostbaar voor de samenleving. De kliniek had deze keer een fout gemaakt bij het voorschrijven van de medicijnen. Na zijn lichte insult moet Ronald nog minstens een week in de kliniek blijven, zo meldt men. Tot woensdag al blijkt dat Ronald die avond naar huis mag. ‘Moet’ waarschijnlijk, omdat er geen plaats is.

“Het gaat goed. Kijk, ik tril niet”

Ronald maakt graag gebruik van mijn aanbod om met hem mee te gaan naar zijn afspraak met de verslavingsarts op vrijdag. Bij hem thuis vraag ik hoe hij zich voelt. “Ik voel me goed” zegt hij en hij steekt zijn handen vooruit om te bewijzen dat hij niet trilt. Hij verzekert me dat hij alleen donderdag nog wat gedronken heeft, maar dat nu alle drank uit huis is.

Top drie

Het geoefende oog van de verslavingsarts ontgaat niet dat Ronald moeilijk loopt en langzaam spreekt. Of hij er bezwaar tegen heeft even te blazen. De op handen zijnde ontmaskering doet Ronald vlot bekennen dat hij die ochtend de, naar zijn zeggen, laatste fles heeft leeggedronken. De meter laat 1,57 promille zien. De arts geeft nog eens aan dat zijn leverwaarden zo hoog waren bij de laatste test dat deze bij de Top 3 horen die hij ooit gezien heeft. Doordrinken betekent zijn dood. Blijkbaar is de arts niet op de hoogte dat Ronald de kliniek alweer verlaten heeft. Ik dring er op aan dat Ronald zo snel mogelijk weer opgenomen wordt om hem tegen zichzelf te beschermen. De arts is het er mee eens, maar Ronald moet het zélf willen. Maar een beschonken alcoholist kent geen rationele keuze. Onder druk stemt Ronald in met een nieuwe opname. Maar dat kan dan pas vanaf maandag, in het weekend moet je geen alcoholist zijn natuurlijk. Door het veel te vroege ontslag uit de kliniek en het gesloten loket in het weekend, lopen we op vrijdagmiddag achter de feiten aan.

Uitzingen

De arts had mij verzekerd dat Ronald geen Oxazepam of Diazepam meer moet gebruiken. En natuurlijk geen alcohol. Zijn lever moet ontzien worden. Ik ben er niet helemaal gerust op aangezien deze Valium-achtige medicijnen nu juist een insult moeten voorkomen. Ronald verzekert mij op weg naar huis geen druppel alcohol in huis te hebben. Hij heeft geen geld en geen autosleutels. Net is nog eens bewezen dat dit allerminst een garantie is. Er is een deel van Ronald dat wil stoppen met alcohol, maar ook een deel, dat nu de overhand heeft, dat liegt, bedriegt en verdraait met maar één doel voor ogen: meer alcohol. ’s Avonds hoor ik dat Ronald lopend naar de winkel is gegaan om met contant geld een fles goedkope sherry te kopen. Het wordt het weekend uitzingen en hopen dat maandag, als de rolluiken van de verslavingszorg weer omhoog getrokken zijn, Ronald zo snel mogelijk een plek in een kliniek krijgen kan.